Skip to content

Latest commit

 

History

History
186 lines (128 loc) · 6.52 KB

les5.md

File metadata and controls

186 lines (128 loc) · 6.52 KB

Les 5

MongoDB

MongoDB is een NoSQL-database die gegevens opslaat in documenten, in plaats van in tabellen zoals bij relationele databases. Gegevens worden opgeslagen als JSON. De database zelf is ongestructureerd.

Mongoose

De module Mongoose is een object-document mapper (ODM) voor MongoDB, vergelijkbaar met Eloquent in Laravel. Hiermee kun je vanuit JavaScript communiceren met de database. Daarnaast kun je in Mongoose modellen (schema's) maken voor objecten in de ongestructureerde database.

mongoose.connect('mongodb://127.0.0.1:27017/myapp');

Schema

Een schema in Mongoose definieert de structuur van documenten in een MongoDB-collectie, vergelijkbaar met een model in MVC.

Voorbeeld:

import mongoose from 'mongoose';

const productSchema = new mongoose.Schema({
    name: {type: String, required: true},
    description: {type: String, required: true},
    price: {type: Number, required: true},
    inStock: {type: Boolean, default: true}
});

const Product = mongoose.model('Product', productSchema);

export default Product;

Opdracht 5.1

Installatiehandleiding les 5

  • Installeer MongoDB en Mongoose (op je laptop)
  • Laat je app verbinden met de database
  • Maak een Schema voor een note of spot, afhankelijk van de webservice die je vorige week in je React-applicatie hebt gebruikt (kijk naar een detail voor de juiste indeling) https://mongoosejs.com/docs/guide.html
  • Maak een endpoint /notes of /spots
  • Haal de notes of spots uit de database en return als JSON (nu uiteraard nog leeg)
  • Installeer fakerjs
  • Maak een endpoint /notes/seed of /spots/seed voor een POST request
  • Maak 10 fake items aan op dit endpoint en plaats ze in de database
  • Voeg toe dat je ook een detail resource op kunt vragen
  • Verplaats voor het overzicht je routes naar een Router in een apart bestand: https://expressjs.com/en/5x/api.html#router

https://fakerjs.dev/api/

POST en PUT

Met POST en PUT worden gegevens naar de webservice gestuurd. Deze gegevens kunnen worden verzonden in twee formaten:

  • JSON: Een gestructureerd dataformaat dat veel wordt gebruikt.
  • application/x-www-form-urlencoded: Een oudere standaard, vaak gebruikt bij HTML-formulieren.

Om deze gegevens in een Express-applicatie te verwerken, zijn er middleware-functies zoals express.json() en express.urlencoded() nodig.

Voorbeeld:

import express from 'express';

const app = express();

// Middleware voor JSON-gegevens
app.use(express.json());

// Middleware voor www-urlencoded-gegevens
app.use(express.urlencoded({extended: true}));

app.post('/products', (req, res) => {
    // Toegang tot de ontvangen gegevens
    console.log(req.body);
    res.send('Gegevens ontvangen');
});

app.listen(8000, () => {
    console.log('Server luistert op poort 8000');
});

Opdracht 5.2

  • Laat je seed de database eerst leeg maken voor er nieuwe items worden aangemaakt (als je dat nog niet gedaan had)
  • Voeg een parameter 'amount' toe aan je seed die als x-www-formurlencoded of JSON meegestuurd kan worden, waarmee je kunt kiezen met hoeveel items je webservice gevuld wordt
  • Implementeer POST voor je webservice
  • (Optioneel) Voeg een parameter 'reset' toe aan je seed waarmee je bepaald of je de database eerst leeg maakt of niet

Status Codes

HTTP-statuscodes bestaan uit drie cijfers. Het eerste cijfer is de serie, en geeft aan in hoeverre de server er in geslaagd is aan het request te voldoen. De laatste twee cijfers zijn voor meer gedetailleerde informatie. 00 wordt gebruikt als er geen details zijn, of er geen specifieke code bestaat voor de details.

Een volledig overzicht van alle statuscodes kan je vinden op Wikipedia.

2xx – Succes

Statuscodes in de 2xx-serie geven aan dat het request succesvol is verwerkt door de server.

  • 200 OK
    Het request is geslaagd en de server heeft een response gestuurd.

  • 201 Created
    Er is een nieuwe resource aangemaakt. Dit wordt gebruikt bij een POST-request.

4xx – Clientfout

Statuscodes in de 4xx-serie geven aan dat er iets mis is met het request van de client waardoor de server het request niet kan verwerken.

  • 400 Bad Request
    Het request van de client is ongeldig, bijvoorbeeld door een syntaxfout of ontbrekende gegevens.

  • 401 Unauthorized
    De server kan het request niet verwerken omdat je niet ingelogd bent wat je wel had moeten zijn.

  • 404 Not Found
    De resource bestaat niet op de server.

5xx – Serverfout

Statuscodes in de 5xx-serie geven aan dat de server een interne fout heeft ondervonden bij het verwerken van het request. Het request is wel correct, de gebruiker kan hier zelf dus niets aan doen.

  • 500 Internal Server Error
    Er is een algemene fout op de server opgetreden. Meest frustrerende fout: er is een probleem op de server, en je weet niet eens wat..

  • 503 Service Unavailable
    De server is overbelast, of tijdelijk uit de lucht voor onderhoud.

Server

MongoDB

De Mongoose-module, die via npm wordt geïnstalleerd, is slechts een ODM (Object Document Mapper). Om een database te hebben waarmee Mongoose kan communiceren, moet MongoDB zelf ook op de server worden geïnstalleerd. Het is het handigst om deze als service te installeren zodat hij altijd actief is.

Screen

Om een Express-project te laten draaien, ook als je de SSH-verbinding verbreekt, kun je gebruik maken van het hulpprogramma screen. Hiermee kun je een proces starten in een virtuele sessie die blijft draaien op de server, zelfs als je de verbinding verbreekt. Start een screen sessie met screen. Je kunt nu je Express project starten, en de screen sessie verlaten (Ctrl+A en dan D), en uitloggen. Als je later opnieuw inlogt kan je terugkeren naar de screen sessie, met: screen -r.

Opdracht 5.3

Installatiehandleiding les 5

  • Installeer MongoDB op de server
  • Zet je app op de server en test met Postman
  • Implementeer PUT en DELETE
  • Voeg de juiste statuscodes toe (denk hierbij ook na over de scenarios als er iets misgaat!)